SodM: Onvoldoende voortgang in de versterking

Den Haag – De ministers van Economische Zaken en Klimaat (EZK) en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) werken momenteel samen met de regio intensief aan een crisis-aanpak voor de versterking. Belangrijk aandachtspunt daarbij is dat de afspraken over aansturing, organisatie en financiering van de versterkingsopgave (de zogeheten ‘governance’) eenvoudiger moeten om tot voldoende snelheid te komen. Het Staatstoezicht op de Mijnen signaleert dit aandachtspunt naar aanleiding van haar eerste voortgangsverslag over de versterkingsopgave en de afbouw van de gaswinning. Na de beving bij Zeerijp in 2018 heeft SodM aangegeven dat het pas veilig is in Groningen als de gaswinning is afgebouwd naar 12 miljard NM3 per jaar én als alle huizen die niet aan de veiligheidsnorm voldoen, zijn versterkt. Daarom volgt SodM de voortgang hiervan.

Onvoldoende voortgang in de versterking
SodM heeft de voortgang van de versterkingsopgave en de afbouw van de gaswinning van het in kaart gebracht. De versterking is het afgelopen jaar onvoldoende op gang gekomen. Een belangrijke oorzaak is dat het tot mei geduurd heeft voordat er afspraken over de governance zijn gemaakt. Echter, deze afspraken maken de aansturing en organisatie  niet eenvoudiger met als risico dat de benodigde snelheid niet gerealiseerd gaat worden. De afbouw van de gaswinning ligt wel voor op schema: GTS heeft de productie in gasjaar 2018/2019 op zo’n 15,9 miljard NM3 geraamd in plaats van de vorig jaar geraamde 18,2 miljard NM3. Daarbovenop onderzoekt EZK de mogelijkheden om het productieniveau komend gasjaar (2019/2020) naar 12 miljard NM3 te verlagen.

Crisis-aanpak
De gevolgen van de gaswinning werken door in het dagelijks leven en de gezondheid van Groningers – zeker bij hen die last hebben van meervoudige schade. De voor nog langere periode aanwezige kans op aardbevingen, de forse economische schade en de groeiende sociale impact en maatschappelijke onrust – allemaal veroorzaakt door de gaswinning – zorgen ervoor dat de situatie in Groningen als een crisis moet worden beschouwd. De achterblijvende voortgang op zowel de schade-afhandeling als de versterking maken duidelijk dat een crisis-aanpak noodzakelijk is om tot de vereiste snelheid te komen. Een crisis-aanpak moet ervoor zorgen dat het resultaat voor de bewoners voorop staat, en dat afspraken, regels en procedures waar noodzakelijk hierop aangepast worden.

Opvolging veiligheidsadvies na beving Westerwijtwerd
SodM heeft de minister van EZK naar aanleiding van de beving bij Westerwijtwerd geadviseerd om een crisis-aanpak te hanteren. De schade-afhandeling en versterking moet worden samengevoegd en deze organisatie moet ruim mandaat en eigen budget krijgen. De ministers van EZK en BZK en de regio zijn met elkaar in gesprek om de versterking te versnellen en opvolging te geven aan het advies van SodM. SodM heeft de indruk dat haar advies in belangrijke mate opgevolgd wordt. SodM vraagt nog wel aandacht voor de gebouwen met een (licht) verhoogd risico-profiel uit zogenoemde batch 3260: het advies was om voor deze gebouwen de gesprekken te starten met bewoners over het versterken. Maar hierover lijken nog geen bestuurlijke afspraken gemaakt te zijn. Ook blijft SodM zorgen houden over de rol en positie van de op te richten Tijdelijke Commissie Versterken (TCV) die de governance van de versterkingsopgave weer ingewikkelder maakt. Het is de vraag in hoeverre een nieuwe organisatie bijdraagt aan de te hanteren crisis-aanpak en of niet beter gebruik gemaakt kan worden van bestaande mogelijkheden binnen de NCG en in de regio. 

Back to top button