Den Haag – Huiseigenaren in het Groningse aardbevingsgebied kunnen naar verwachting vanaf volgend jaar een vergoeding krijgen voor de waardedaling van hun woning. De hoogte van de compensatie zal per postcodegebied worden vastgesteld en kan oplopen tot meer dan 10 procent van de WOZ-waarde afhankelijk van de ondervonden aardbevingen.
Dat staat in een brief die minister Wiebes van Economische Zaken en Klimaat vandaag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Minister Wiebes volgt daarmee de conclusies van een adviescommissie die de afgelopen maanden verschillende berekeningsmethoden voor de vergoeding van waardedaling heeft onderzocht. De compensatieregeling vervangt de huidige regeling waarbij huiseigenaren alleen een vergoeding kunnen claimen bij de NAM op het moment dat ze hun huis verkopen. In de nieuwe regeling komen alle huiseigenaren in aanmerking voor compensatie. Bovendien hoeven bewoners niet langer rechtstreeks zaken te doen met de NAM. Zij kunnen hun verzoek tot schadevergoeding straks indienen bij het onafhankelijke Instituut Mijnbouwschade Groningen dat de claims afhandelt. De kosten van de uitgekeerde vergoedingen worden vervolgens verhaald op de NAM.
Voor het vaststellen van de hoogte van de compensatie wordt gebruikt gemaakt van de methode van onderzoeksbureau Atlas voor gemeenten waarbij de waardedaling wordt vastgesteld met twee percentages: een vast percentage voor de imago-schade als gevolg van de aardbevingen in de regio en een percentage dat wordt bepaald door het aantal ondervonden bevingen per postcodegebied. Omdat er gebruikt wordt gemaakt van een berekeningsmodel en er dus sprake is van een onzekerheidsmarge, adviseert de commissie het uiteindelijke percentage te verhogen ten gunste van de gedupeerden.
Op basis van de methode heeft de adviescommissie een doorberekening gemaakt van de waardedaling in het gebied per 1 november 2018: die loopt op van gemiddeld 2,4% in Oldambt tot 12,9% in Loppersum. Hoe hoog de compensatie uiteindelijk wordt, hangt onder andere af van de peildatum. De commissie adviseert 1 januari 2019 als vaste peildatum voor de hele regio te kiezen. Dit biedt huiseigenaren volgend jaar nog de mogelijkheid om in beroep te gaan tegen de WOZ-waarde. Bewoners kunnen er ook voor kiezen pas een vergoeding te vragen op het moment dat ze hun huis verkopen. In dat geval wordt de compensatie berekend op basis van de verkoopwaarde in plaats van de WOZ-waarde.
Ook bewoners die in het verleden hun huis hebben verkocht maar geen aanspraak hebben gemaakt op de oude waardedalingsregeling van de NAM moeten volgens de commissie in aanmerking komen voor compensatie. Op basis van het advies laat minister Wiebes de berekeningsmethode nu verder uitwerken. Huiseigenaren kunnen een verzoek tot compensatie indienen zodra het Instituut Mijnbouwschade Groningen van start gaat. Het wetsvoorstel voor de oprichting van het instituut, waarin ook de huidige Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade Groningen zal opgaan, ligt op dit moment voor advies bij de Raad van State.
in 2 minuten te lezen