Nederland – Vanaf 1 januari volgend jaar zullen mobieltjes, tablets en smartwatches niet meer zijn toegestaan in de klas. Minister Robbert Dijkgraaf van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) heeft hierover overeenstemming bereikt met verschillende onderwijsorganisaties, waaronder de VO-raad, Sectorraad GO, AOb, CNV Onderwijs, FvOV, Ouders en Onderwijs, LAKS en LBVSO.
Het gebruik van mobieltjes zal alleen worden toegestaan als ze noodzakelijk zijn voor de lesinhoud, bijvoorbeeld bij lessen over digitale vaardigheden. Scholen hebben de vrijheid om samen met docenten, ouders en leerlingen specifieke regels af te spreken, zodat iedereen precies weet wat wel en niet is toegestaan binnen de school. Scholen kunnen er ook voor kiezen om mobieltjes volledig te verbieden. Leerlingen die afhankelijk zijn van hun telefoon vanwege medische redenen of een beperking, mogen deze wel blijven gebruiken. Voor het speciaal onderwijs zullen aangepaste afspraken worden gemaakt.
Minister Dijkgraaf benadrukt het belang van leren zonder afleiding. Hij stelt dat hoewel mobieltjes een integraal onderdeel zijn geworden van ons leven, ze geen plaats hebben in de klas. Het is essentieel dat leerlingen zich kunnen concentreren en de ruimte krijgen om goed te leren. Uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat mobieltjes dit verstoren, met alle negatieve gevolgen van dien. Daarom moeten we leerlingen hiertegen beschermen.
De komende tijd zullen de betrokken organisaties de afspraken verder uitwerken. Na de zomervakantie krijgen docenten, leerlingen en ouders de gelegenheid om met elkaar te bespreken hoe dit beleid er op hun school precies uit zal zien. Het doel is om deze afspraken uiterlijk op 1 januari 2024 te implementeren. Aan het einde van het volgende schooljaar zal worden geëvalueerd of de afspraken het gewenste effect hebben of dat er mogelijk behoefte is aan een wettelijk verbod.
Deze afspraken zijn tot stand gekomen naar aanleiding van de motie Peters/Beertema en tonen aan dat zowel de overheid als onderwijsorganisaties zich inzetten voor een leeromgeving met minder afleiding.