Groningen – Investeren in opleidingen voor werknemers blijkt voor veel werkgevers een grote drempel. De prioriteit die werkgevers geven aan scholing liet vanaf 2007 een stijgende lijn zien, maar dit was in 2013 weer gedaald naar het niveau van 2005, blijkt uit het rapport Vraag naar arbeid 2015 van het Sociaal Cultureel Planbureau. Slechts 31% van Nederlandse werknemers met een vast contract volgt een opleiding welke wordt betaald door de werkgever. Bij tijdelijke werknemers ligt dit percentage met 26% nog lager. Juist tijdelijke werknemers, die vaker op zoek moeten naar een nieuwe baan, hebben scholing hard nodig voor hun inzetbaarheid op de arbeidsmarkt. Zo niet bij Voys. Bij deze Groningse telecomaanbieder krijgt iedereen een opleidingsbudget van 1500,-, met of zonder vast contract. Oprichter en directeur Mark Vletter: “Waarom niet? Onze tijdelijke mensen werken toch net zo hard?”
Voys stimuleert ontwikkeling bij personeel
In het Groningse kantoor van Voys werken 35 mensen. Ze bieden een geheel vernieuwd telecomsysteem aan, waarmee klanten in de cloud kunnen bellen. Niet alleen het telecomsysteem is vernieuwend. Ook de manier waarop zij met hun personeel omgaan, is modern. Bij Voys heeft niemand een vaste functie, maar verschillende rollen. Medewerkers worden continue gestimuleerd hun grenzen te verkennen. En als je het niet kunt? Dan volg je een training of een opleiding. Vletter: “We hebben een bedrag van circa 1000,- euro per persoon per jaar dat gezamenlijk wordt uitgegeven. Per persoon heb je vervolgens nog € 1500,- voor een opleiding – mits deze enigszins werkgerelateerd is.” Is een medewerker op cursus geweest en is er wat nieuws geleerd? Dan deelt de medewerker in kwestie deze kennis met een artikel of door een presentatie te geven.
Tijdelijk personeel net zo belangrijk als vast personeel
Van de 35 medewerkers van Voys, heeft 25% een tijdelijk contract. Deze mensen hebben dezelfde toegang tot het opleidingsbudget en de algemene personeelstrainingen. Een uitzonderlijke situatie, gezien de nationale cijfers die aantonen dat het investeren in personeel over het algemeen minder aantrekkelijk is voor werkgevers. Mocht het nu zo zijn dat er aan het einde van de contractperiode geen toekomst meer bij Voys is, dan zoekt Voys actief naar een nieuwe werkgever voor deze persoon. Vletter: “Wij hebben zoveel leuke klanten. Als wij zien dat de onderneming veel van onze medewerker kan leren, en andersom, leggen we contact. Ik ben van mening dat je het maximale uit het leven moet halen. Als je het ergens niet naar je zin hebt, ga dan gewoon wat anders doen.”
Investering in scholing, flexibel of niet
Uit cijfers van het CBS blijkt dat organisaties minder investeren in de scholing van hun tijdelijke personeel. De arbeidsrelatie heeft immers een kortere horizon en de investeringen gaan verloren zodra de werknemer de organisatie verlaat. In Nederland heeft 1 op de 5 medewerkers een flexibele arbeidsrelatie. Voor hen is het op peil houden van vakkennis en vaardigheden extra belangrijk, gezien hun onzekere situatie. Ook voor werkgevers loont het om te investeren in tijdelijk personeel. Zo hoeven bedrijven minder te investeren in extra inwerktijd en afstemmingskosten tussen vaste en tijdelijke werknemers. Uit onderzoek van het CBS en TNO blijkt bovendien dat bedrijven die investeren in flexmedewerkers hogere product- en werkinnovatie kennen. Tijdelijke werknemers kunnen met een frisse blik naar het bedrijf kijken en bij voldoende uitdaging zichzelf en hun werk verder ontwikkelen.
Campagne brengt vernieuwende vormen van bedrijfsvoering in beeld
De Nederlandse arbeidsmarkt bestaat uit 350.000 bedrijven en organisaties met in totaal zo’n acht miljoen medewerkers. Die arbeidsmarkt verandert. De campagne Hoe Werkt Nederland? gaat bij bedrijven langs om te zien hoe zij daar in hun bedrijf of organisatie invulling aan geven, om met die voorbeelden in heel Nederland het gesprek te stimuleren over begrippen als loyaliteit, zekerheid en flexibiliteit. Bekijk hier de video van het bezoek aan Voys.