Nederland – Het groeiseizoen begint dit jaar goed. De afgelopen maanden is er zoveel regen gevallen dat de grondwaterstand op de meeste plaatsen weer op peil is. Bovendien is het neerslagtekort (het verschil tussen neerslag en verdamping) in grote delen van het land verdwenen. Alleen in het oosten en zuiden is plaatselijk nog steeds sprake van een tekort. Dit tekort is in 2018 al ontstaan.
Op de meeste plaatsen is de grondwaterstand inmiddels weer op peil. Sterker nog, regionaal staat het grondwater zelfs hoger dan gebruikelijk. Dat geldt niet alleen voor natte en laaggelegen gebieden zoals het noorden en westen. Ook in de Achterhoek is het natter dan gebruikelijk.
Toch is de droogte niet overal voorbij. Zo is de grondwaterstand in Noord- en Midden-Limburg plaatselijk nog steeds beneden het normale peil. Dat is ondanks de grote hoeveelheid regen die in februari en begin maart viel en geeft aan hoe extreem laag de grondwaterstanden waren. In februari viel in Limburg nog 130-170 mm, wat veel meer was dan de gebruikelijke hoeveelheid van 52 mm voor die regio.
Te nat om het land te bewerken
Regionaal heeft het zoveel geregend dat de akkers er drassig bij liggen. Dit maakt het voor boeren moeilijk om het land te bewerken. De zware trekkers zakken namelijk voor een deel weg in de modder. Bovendien wordt de bodem ‘dichtgereden’ waardoor ondoordringbare korsten kunnen ontstaan in lemige of kleirijke grond.
Gelukkig voor de boeren is het deze week droog en stralend zonnig weer. Daardoor droogt de toplaag van de bodem gauw op, zakt de grondwaterstand en wordt het land weer berijdbaar. De dalende grondwaterstand is nu al te zien in metingen.

Cumulatief neerslagtekort vanaf april 2018. Getallen onder nul zijn een neerslagoverschot, boven nul een tekort. De zwarte lijn (normaal) wordt steeds negatiever, omdat Nederland normaal elk jaar meer neerslag overhoudt dan dat er verdampt. Dit overtollige water stroomt weg naar de Noordzee.
Neerslagtekort geeft aan dat droogte nog niet helemaal voorbij is
Hoewel het grondwater op veel plaatsen alweer op peil is, zijn de neerslagtekorten in het zuiden en oosten nog steeds niet weg. Het neerslagtekort, de som van neerslag min verdamping, bedraagt in het Limburgse Ell (vlakbij Weert) sinds april 2018 ongeveer 250 mm. Normaal heeft Nederland nu ten opzichte van april 2018 te maken met een overschot van zo’n 400 mm. Per jaar valt er dus ongeveer 200 mm meer neerslag dan er verdampt. In Ell is het verschil in vergelijking met normaal 650 mm en dat is bijna een normale jaarsom neerslag!
Op veel andere plaatsen in Nederland is al wel veel meer neerslag gevallen dan verdampt. Zo heeft Voorschoten sinds april 2018 een neerslagoverschot van 415 mm. Gemiddeld over heel Nederland is nu sprake van een overschot van 120 mm. Vorig jaar was de situatie rond deze tijd nog heel anders en bedroeg het tekort gemiddeld over Nederland zo’n 60 mm.
In het Nederlandse klimaat is het normaal dat op jaarbasis meer neerslag valt dan verdampt. Omdat de zomers van 2018 en 2019 zo uitzonderlijk droog waren hebben we het neerslagtekort vanaf het begin van het groeiseizoen in april 2018 helemaal doorgerekend tot nu. Normaal wordt voor de berekening van het neerslagtekort de lengte van het groeiseizoen aangehouden. Het groeiseizoen duurt van april tot en met september.