Farmsum – Na een jarenlange voorbereiding is afgelopen vrijdag 17 mei officieel gestart met de bouw van de circulaire flagship-fabriek van het bedrijf Circtec in de haven van Delfzijl. Een consortium van Europese, nationale en regionale investeerders heeft de financiering afgerond voor deze industriële showcase. Circtec heeft met Groningen Seaports een erfpachtovereenkomst gesloten voor een terrein van 21 hectare. Het bedrijf neemt een plek in gebruik in het industriegebied Oosterhorn-Zuid.
Het terrein van Circtec in het industriegebied Oosterhorn-Zuid
Circtec gaat in Delfzijl 200.000 ton gebruikte (auto)banden op innovatieve wijze verwerken tot een scala aan groene chemicaliën en materialen. Zo willen zij de zwarte vulstof uit de gebruikte autobanden terugwinnen en gebruiken voor het maken van nieuwe autobanden. Van de circulaire nafta worden nieuwe plastics gemaakt. De gewonnen biobrandstoffen worden ingezet om de internationale scheepvaart te verduurzamen.
De CO2-besparing die per saldo ontstaat is enorm. Wanneer de fabriek volledig operationeel is, komt de CO2-reductie van dit project overeen met 5% van de uitstoot van de totale chemische sector in Nederland. Hiermee draagt Circtec dus wezenlijk bij aan het creëren van een circulaire economie. Voor de regio betekent dit een flinke impuls naar meer circulariteit in de chemische industrie.
Het plan is de fabriek in de periode 2027-2028 verder uit te breiden. In totaal biedt de nieuwe fabriek werkgelegenheid aan ruim 120 werknemers.
Circulair park
De circulaire economie in Delfzijl is volop in ontwikkeling en met de komst van Circtec krijgt het industriegebied Oosterhorn-Zuid steeds meer vorm als circulair park. Groningen Seaports’ CEO Cas König is dan ook blij dat het bedrijf voor Delfzijl heeft gekozen: “Het past perfect in het streven om de circulaire economie te stimuleren. De vestiging van Circtec zal leiden tot meer activiteiten binnen ons gebied en geeft een flinke boost voor de circulaire industrie. Deze uitgifte sluit uitstekend aan bij onze doelstellingen om economische ontwikkelingen in de omgeving te stimuleren”.