Nederland – Ondanks het droge en vaak zonnige weer is er nog maar weinig pollen in de lucht. Geleidelijk zullen ook de laatste grassen en kruiden stoppen met bloeien, waardoor het hooikoortsseizoen ten einde komt. Het hooikoortsseizoen van 2025 startte vroeg met soms al overlast in januari en februari. Ook het graspollenseizoen ging vroeg van start.
Het jaarlijkse hooikoortsseizoen kent twee duidelijke piekperiodes. In de winter en het vroege voorjaar geven de bomen pollen af. Later in de lente en begin zomer zijn het de grassen die bij veel mensen overlast veroorzaken.
In de late zomer en september verschuift de nadruk van de grassen naar de kruiden. Het laatste kruid dat flinke overlast kan geven is de ambrosia, maar gelukkig komt dit kruid niet op grote schaal voor.
Bomenseizoen was flink uitgesmeerd en had twee pieken
In de eerste wintermaanden werd sporadisch al pollen van elzen en hazelaars gemeten. Een relatief zachte periode met geregeld zon in de laatste week van februari veroorzaakt een piek in pollen van elzen en hazelaars. In die periode waaide de wind uit het zuiden, waardoor ook pollen vanuit Frankrijk en België naar ons land werd aangevoerd.
Maart verliep dit jaar recordzonnig en recorddroog. Een aantal keer was het in maart 2025 ook opvallend warm, maar er waren ook veel koude nachten met op uitgebreide schaal vorst. De periode dat de eerste berken tot bloei kwamen lag met eind maart en begin april rond een gebruikelijk moment. Vergeleken met halverwege de vorige eeuw is dit nog altijd zo’n twee weken eerder. Het hooikoortsseizoen begint door klimaatverandering dan ook steeds vroeger.
De eerste twaalf dagen van april verliepen ronduit zonnig en dit leidde tot een fikse piek van berkenpollen.

Grasseizoen begon vroeg en kende regionale verschillen
Normaal gesproken begint de periode waarin het gras massaal bloeit eind mei. Door de relatief warme en vooral zeer zonnige lente begon deze periode dit jaar al halverwege mei. Vaak duurt de piek van het grasseizoen ongeveer een maand, maar gedurende de hele zomer is er graspollen in de lucht te vinden. Juni is vaak de maand met de grootste overlast voor hooikoortspatiënten met allergie voor graspollen.
Na een droge lente kende de maand juni grote regionale verschillen in neerslag. Dit had ook gevolgen voor de hooikoortssituatie. Op de buiige dagen zelf was het aantal pollen uiteraard het laagst in de natste regio’s, maar op andere dagen bloeide produceerde bloeien gras juist daar waar de bodem nat was veel pollen. De droogste regio van Nederland was het zuidwesten en dit bleef de hele zomer zo. In deze regio was er vaak veel minder graspollen, doordat veel gras in deze maand geel kleurde en grote delen van de zomer amper pollen kon produceren. Ook kruiden, zoals de bijvoet, produceerden het meeste pollen in de gebieden waar genoeg bodemvocht aanwezig was.
Overlast kruiden in september beperkt
Pollen van de bijvoet kan bij behoorlijk veel mensen flinke overlast geven, maar dit kruid is inmiddels uitgebloeid. Kruiden die nog wel pollen afgeven zijn brandnetels en ambrosia. Pollen van brandnetels zijn licht allergeen, waardoor de overlast doorgaans meevalt.
De ambrosia kwam vroeger niet in Europa voor. Dit van oorsprong Amerikaanse kruid is onder andere door de invoer van vogelzaad in ons land terechtgekomen. Het pollen van ambrosia is zeer sterk allergeen. De overlast is echter beperkt omdat dit kruid (nog) niet wijdverspreid is.
Einde seizoen, dus geen pollen meer?
Het zal nog een paar weken duren voordat er echt amper allergeen pollen in de lucht is te vinden, maar de metingen zijn nu al laag en bovendien dalend. Veruit de meeste hooikoortspatiënten zullen niet of nauwelijks overlast meer ondervinden.
Wanneer begint het seizoen van 2026?
Geregeld komen de eerste boomsoorten vaak al in december in bloei. Mensen die allergisch zijn voor het pollen van elzen en hazelaars kunnen dit bevestigen. Dit is wel afhankelijk van het weer in de decembermaand. Indien december vrij winters verloopt, zonder een periode met relatief zacht weer, komen er nog geen bomen tot bloei.
Een kleine eeuw geleden lag de piek van de eerste bloeiwaarnemingen van de hazelaar gemiddeld halverwege februari. Inmiddels is dat een ruime maand eerder en worden de eerste boompollen meestal al in december en januari gespot.