Wirdum – Inwoners in het aardbevingsgebied verdienen een gelijke aanpak als het gaat om schadeafhandeling en versterkingsprojecten. Dit betekent dat ze recht hebben op veilige, schadevrije, en duurzame woningen in een betrokken en prettige buurt of dorp.
In de loop der jaren zijn er onacceptabele verschillen ontstaan tussen inwoners in het aardbevingsgebied. Deze verschillen variëren van zichtbare tot verborgen ongelijkheden tussen straten, wijken, dorpen, en zelfs tussen buren en familie. De Commissie Verschillen concludeert dat het onmogelijk is om deze tientallen categorieën verschillen aan te pakken met criteria en wijzigingen in regelgeving. Daarom heeft de commissie ervoor gekozen om niet te redeneren vanuit de regels, maar om de doelen voor inwoners in het aardbevingsgebied als uitgangspunt te nemen en van daaruit te werken aan gelijkwaardige uitkomsten.
Deze doelen zijn duidelijk: elke bewoner in het aardbevingsgebied heeft recht op een schadevrije en veilige woning. Bovendien streeft het kabinet naar duurzame huizen in aantrekkelijke woonomgevingen. Hiermee vertaalt de Commissie Verschillen de bevindingen van Nij Begun.
De commissie is gevraagd om de ontstane ongelijkheden in versterkings- en schadeafhandelingsprojecten in het aardbevingsgebied te analyseren en oplossingen aan te dragen om deze verschillen weg te nemen. Het advies van de commissie, aangeboden aan staatssecretaris voor Mijnbouw Hans Vijlbrief, benadrukt dat het belangrijk is om voor alle inwoners in het aardbevingsgebied een gelijkwaardige uitkomst te realiseren.
De commissie legt drie cruciale punten vast in haar advies:
- De schadeafhandeling moet gericht zijn op daadwerkelijk herstel van schade, ongeacht of het oude, nieuwe of toekomstige schade betreft. Dit minimaliseert verschillen en zorgt voor gelijke uitkomsten.
- Het advies pleit voor een duidelijke en gelijkwaardige ambitie om alle woningen in het aardbevingsgebied naar het niveau van aardgasvrij-gereed te verduurzamen. Dit beperkt verschillen in woonlasten en comfort.
- De commissie beveelt een gebiedsgerichte aanpak aan, inclusief deur-tot-deur benadering, om de ‘stille verschillen’ aan te pakken. Dit betreft mensen die zich niet hebben gemeld of de weg niet hebben gevonden in ingewikkelde procedures en regelingen.
De Commissie Verschillen concludeert dat het bereiken van de gewenste en noodzakelijke uitkomst vereist dat werkmethoden worden aangepast, betere afspraken worden gemaakt en meer menskracht wordt ingezet. De commissie benadrukt dat stilzitten geen optie is en roept op om samen te werken om de doelen te bereiken.
Wethouder Annalies Usmany-Dallinga van de gemeente Eemsdelta deed na afloop van de rapportpresentatie een beroep op de commissie om de pen nog niet neer te leggen. Ze benadrukte het belang van voortdurende betrokkenheid, zelfs tijdens de vorming van een nieuw kabinet, om ervoor te zorgen dat het rapport wordt opgevolgd. Het doel is om het nieuwe kabinet te blijven herinneren aan de prioriteit van het belang en de gelijke behandeling van de inwoners in het aardbevingsgebied.
Het advies benadrukt:
- Elke bewoner heeft recht op een schadevrije woning.
- Elke bewoner heeft recht op een veilige woning, zowel nu als in de toekomst.
- Elke bewoner in het aardbevingsgebied heeft de mogelijkheid om zijn of haar woning te verduurzamen tot het niveau van aardgasvrij-gereed.
- Gemeenten werken samen met bewoners om sociale samenhang en leefbaarheid in buurten, wijken en dorpen te vergroten, met financiële steun van de overheid.
Om deze doelen te bereiken, stelt de commissie voor:
- Een gebiedsgerichte deur-tot-deur aanpak in het versterkingsgebied, met prioriteit voor de zwaarst getroffen en meest kwetsbare gebieden. Hierdoor worden ook de ‘stille verschillen’ aangepakt.
- Een gestructureerde aanpak in de rest van het gebied, waarin het Instituut Mijnbouwschade Groningen complexe schades met prioriteit afhandelt.
Het realiseren van een veilig, schadevrij, duurzaam en leefbaar aardbevingsgebied vereist langdurige en intensieve inspanningen. De commissie erkent de uitdagingen in de uitvoering en moedigt aan om te kijken naar wat mogelijk is en onder welke voorwaarden, met de ambitie van de commissie als uitgangspunt. De commissie adviseert daarom:
- Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat moet samenwerken met betrokken partijen om de sturing, samenwerking en uitvoering te verbeteren, zodat een langdurige aanpak succesvol kan worden uitgevoerd en op draagvlak kan rekenen.
- Staatssecretaris voor Mijnbouw moet in gesprek gaan met uitvoerende instanties en bouwbedrijven om de uitvoerbaarheid te bevorderen.