Nederland – Het percentage Nederlanders dat overmatig drinkt, is nog nooit zo laag geweest als afgelopen jaar. Het is opvallend dat in het jaar dat de maatregelen als gevolg van COVID-19 achterwege zijn gebleven en de horeca en winkels gewoon weer open waren, dit resultaat behaald is. Toch komt het ook niet helemaal uit de lucht vallen en is sprake van het doorzetten van een al bestaande trend.
Overmatig drinken: all time low
In 2022 bedroeg het percentage van de volwassen bevolking (18+) dat overmatig dronk 6,5%. Dit is lager dan in 2021 toen dit percentage nog op 7,3% lag. Zo’n 20 jaar geleden lag dit percentage nog rond de 12%. Een overmatige drinker is iemand die meer dan 14 (vrouw) of 21 (man) glazen alcohol per week drinkt.
De Stichting Verantwoorde Alcoholconsumptie (STIVA) is opgetogen over deze ontwikkeling. Directeur Peter de Wolf: “Het is fantastisch dat overmatig drinken in 2022 naar het laagste niveau ooit is gedaald. Wij zien al langer de trend dat mensen minder overmatig en zwaar drinken. Zo was in 2015 nog 10% zware drinker en rond 2000 lag dat percentage zelfs in de buurt van de 14%. Bij de laatste meting in 2022 was 8,3% van de 18-plusser zware drinker, een forse daling dus. Bij overmatig drinken zien we hetzelfde patroon: rond 2000 lag dit op 12%, in 2015 dronk nog 9,5% overmatig en nu zitten we dus op 6,5%. Dat is opvallend , omdat je zou kunnen verwachten dat er na de zware lockdowns van 2020 en 2021 een inhaaleffect zou kunnen plaatsvinden. Dat dit niet gebeurd is, geeft aan dat mensen echt bewust nadenken over en omgaan met hun alcoholconsumptie”.
Deze trend is ook zichtbaar in andere statistieken. Zo is het percentage vrouwen dat drinkt tijdens de zwangerschap gedaald van 5% in 2016 naar 2,5% bij de laatste meting in 2021.
De Wolf: “Er is sprake van een brede bewustwording van consumenten in allerlei stiutaties. Het is goed om te zien dat ook de inspanningen vanuit de sector zoals de BOB-campagne en ‘Geniet, maar drink met mate’, maar ook de investeringen en promotie in alcoholvrije varianten en de voorlichting die de sector geeft, een bijdrage hebben geleverd aan die bewustwording. Ook rond de sportverenigingen en richting studenten worden allerlei initiatieven uitgerold.” STIVA ziet wel dat na een scherpe daling van alcoholgebruik door minderjarigen in de periode 2003 tot 2014 op dit moment sprake is van een stabiilisatie en zelfs een heel lichte stijging. De Wolf: “Het zou goed zijn om met speciale focus op het drinken onder de 18 jaar te kijken naar hoe alle partijen – overheid, bedrijfsleven en maatschappeljke organisaties – samen kunnen optrekken om hier nog extra resultaat te boeken.”